Cohen
In de wolken wachtend tot een vallende ster me zal leiden,
dan doen wat me op het lijf geschreven is.
Steekwoorden als wapen in een sierlijk geschrift,
naar de hoofdstad van de wereld over een pad verlicht.
Ik wil bij je zijn, tussen hemellichamen leven,
dansend naar het eind van verlangen,
opgaan in jouw prachtig silhouet.
Niet alleen een passant zijn.
Je hield van me toen ik was gevallen, maar angst is gaan regeren.
Alleen woorden kunnen mij niet stoppen nu ik weer bij zinnen ben.
Nachtenlang pratend in mijn slaap in terugkerende dromen,
over het eiland met de vele heuvels waar de lindeboom bloeit.
Ik wil bij je zijn, dansen tussen de sterren,
draaiend om elkaar heen zoals de seizoenen dat doen,
dan op te gaan in jouw prachtig silhouet.
Meer dan één van velen zijn.
Niets dan lof voor de offers die je bracht.
Lelijke aap, niet lang meer zal ik tweede viool spelen,
de pennenstreek heeft mij doen herleven.
Een liedje: “The Big Apple”, namen van twee steden.
Michel Nierop